Rob Graat is sinds 19.. beheerder van Heemtuin Presikhaaf. Lees zijn persoonlijke verhaal over de heemtuin.
Voor mij is Heemtuin Presikhaaf toonbeeld van het belang van het traditionele gemengde boerenbedrijf voor de biodiversiteit in ons land. Ze laat zien dat met de juiste werkwijze een waardevolle flora en fauna nog altijd een thuis heeft in ons boerenland. Dat is een hoopvolle vaststelling in deze tijd van noodzakelijke en ingrijpende veranderingen in onze landbouwcultuur.
De heemtuin met haar diversiteit aan landschapjes zie ik als een afspiegeling van het boerenland van 150 jaar geleden. Van vóór de tijd van schaalvergroting, landbouwmachines, (kunst)mestoverschotten en bestrijdingsmiddelen. De tijd dat vele keuterboeren met beperkte middelen en mest op kleinschalige akkers en velden voedsel produceerden voor een lokale markt. Deze bedrijfsvoering ging samen met een hoge soortenrijkdom aan planten en dieren op, rond en in de landbouwgronden. Door gebrek aan controle over de groeiomstandigheden was het echter ook de tijd van misoogsten en regelmatig honger onder de groeiende bevolking.
Vooral hierin lag de reden voor de drastische veranderingen in het landbouwbedrijf sindsdien. Het motto van Mansholt ‘nooit meer honger’ heeft enorme schaalvergroting, sterke mechanisatie en intensief chemisch beheer in het boerenbedrijf gebracht.
Samen met de werking van 20e eeuwse wereldmarkt en het moderne consumentisme (veel voor weinig) heeft dit het ooit zo gevarieerde Nederlandse landschap gedeformeerd tot een overbemest en uniform groen laken van monoculturen als raaigras, snijmais en aardappelen. En ik ben bang dat ik hiermee nauwelijks chargeer.
Het boerenbedrijf van einde 19e eeuw bracht een veelheid aan halfnatuurlijke landschappen voort : bloemrijke hooilanden, grazige weiden, akkers met kleurige kruiden, heidevelden, hakhoutbosjes en niet te vergeten ruige overhoekjes. Ieder deel van het boerenbedrijf bracht niet alleen eigen producten voort, maar vormde ook een eigen planten- en dierenwereld. De samenhang tussen de landschapjes onderling – en al het leven wat er huisde – was groot. De weerbaarheid van het ecosysteem navenant. Het was de tijd van de grootste biodiversiteit die ons land ooit kende.
Het beeld dat ik hier schets is grotendeels verdwenen. Het landschap is uitgekleed, de biodiversiteit gedecimeerd (-85%!!), de bodem op sterven na dood. Maar wat ik tijdens mijn werk in de heemtuin ook ervaren heb, is de grote veerkracht en het herstellend vermogen van de planten- en dierenwereld.
Zoals vroeger gaat het niet meer worden, maar als het roer in de Nederlandse landbouw echt omgaat, is er een levende wereld te winnen. Als onze boeren niet meer voor de wereldmarkt, maar voor de regio produceren – én wij als consumenten bewust kiezen én betalen voor streekeigen, seizoensgebonden producten, gaat dat het verschil maken!
Mijn droom is dat onze landbouw als geheel weer circulair en duurzaam (lees : het traditionele gemengde bedrijf-model) wordt, net als vroeger. Een vorm van landbouw, waarbij de boeren kunnen specialiseren, maar elkaar wel aanvullen, zodat ieder bedrijf een rol speelt in de totale kringloop. De bedrijfsvoering wordt veel minder intensief, marges en inkomsten van de boer veel hoger en de consument veel gezonder. De bodem komt weer tot leven, de vogels en vlinders keren terug en heel Nederland wordt een heemtuin.
Ach, voor de helft is ook goed.
Rob Graat
Kun je niet wachten, kom dan naar de heemtuin – iedere dag geopend!
Help vlinders en bijen!
Vlinders en bijen zijn niet alleen mooi om te zien, ze zijn ook erg nuttig! Plant daarom een vlinderstruik, lavendel of andere bloemen in je tuin! Let wel op dat deze planten onbespoten zijn…